Iedereen heeft een huisarts. Sommige mensen komen nooit bij de huisarts, anderen komen er regelmatig. Je kunt bij de huisarts terecht voor meer dan je misschien denkt.
Je kunt bij hem of haar terecht voor allerlei lichamelijke en geestelijke klachten. Een aantal voorbeelden van wat de huisarts doet:
De huisarts kan ook naar je luisteren. Soms is dat alles wat je nodig hebt. Een huisarts heeft namelijk maar één doel: jou helpen om zo goed mogelijk in je vel te zitten. Meestal kent hij je gezinsleden en de situatie thuis. Daardoor snapt hij je eerder dan iemand die je niet kent.
Soms kan het lastig zijn iets te bespreken met je huisarts. Bedenk je altijd dat een huisarts niks gek vindt, het is zijn of haar werk.
Een huisarts heeft geheimhoudingsplicht, maar die verandert als je ouder wordt.
Boven de 16 jaar mag een arts geen informatie doorgeven, tenzij jij daarvoor zelf toestemming hebt gegeven. Wel kan degene die de ziektekosten betaalt op de rekening zien welke behandeling of medicijnen je hebt gehad. Ben je bijvoorbeeld aan de pil gegaan zonder het met je ouders te bespreken, dan zien ze dat later wel terug. Daar kan de huisarts niets aan doen, zo wordt de rekening gemaakt door je verzekeraar.
Soms moet een huisarts zijn zwijgplicht doorbreken. De wet zegt dat hij bepaalde besmettelijke ziekten meteen moet melden bij de GGD. Ook als er een levensbedreigende situatie is, zoals kindermishandeling, moet hij dat aangeven aan bijvoorbeeld Veilig Thuis.
Je huisarts slaat je gegevens op in een elektronisch dossier. Je ouders, of als je 16 bent geweest jijzelf, kunnen aan de huisarts doorgeven dat hij deze gegevens wel of niet mag doorgeven naar anderen. Zoals een andere arts of je school.
De huisarts heeft een volle agenda en het is daarom nodig dat je een afspraak maakt als je hem of haar wilt spreken. Je kunt zelf de afspraak maken, maar ook je ouders. Je mag alleen komen en met je ouders. Sommige huisarts hebben ook een inloopspreekuur. Daar hoef je geen afspraak voor te maken. Ook gaat de huisarts op huisbezoek naar mensen die zelf niet uit huis kunnen of mogen komen.