Sommige kinderen hebben een lage zelfwaardering.
Een faalangstig kind is vaak bang om dingen uit te proberen of door te zetten. Door het idee dat het toch niet zal lukken, lukt het vaak ook inderdaad niet. Het kind denkt dan: zie je wel, ik kan het niet. Die gedachte ondermijnt het zelfvertrouwen. Door deze negatieve faalangst gebruiken kinderen de eigen capaciteiten niet optimaal en leren ze minder.
Iedereen is wel eens bang om te falen bij een belangrijke taak. Je wilt die tenslotte zo goed mogelijk uitvoeren. Deze faalangst kan positief of negatief zijn.
Door faalangst kunnen kinderen geblokkeerd raken. Het denkpatroon is negatief: ze denken zichzelf in de put en ze raken dan ook in de put. Het is dan ook van groot belang om (negatieve) faalangst te herkennen en een faalangstig kind te helpen.
Negatieve faalangst maakt dat kinderen minder presteren dan ze kunnen. Dat presteren kan liggen op het vlak van:
Faalangst komt vooral tot uiting bij kinderen vanaf een jaar of 10 en er is een piek te zien rond het twaalfde en dertiende levensjaar.
Heeft jouw kind last van faalangst? Fiona geeft in dit filmpje tips over wat je juist wel en beter niet kunt doen.
http://www.youtube.com/watch?v=c6AMT0wdiSo
Stichting Opvoeden.nl zorgt er met ouders en deskundigen uit de wetenschap en praktijk voor dat deze informatie betrouwbaar en actueel blijft.