Vanaf het moment dat je kind kan lopen, kun je al beginnen het te leren fietsen. Voor peuters zijn driewielers het meest geschikt.
De meeste kinderen leren eerst vooruit te komen op een driewieler door zich met de benen af te zetten tegen de grond. Daarna leren ze om hun voetjes op de trappers te zetten en te trappen. Als je kind wat ouder wordt, kun je het een fietsje met zijwieltjes geven, en in de kleuterleeftijd kan het leren fietsen zonder zijwieltjes.
Tegenwoordig zie je veel kinderen op loopfietsen met twee wielen. Deze loopfietsen zijn heel goed voor de evenwichtsontwikkeling. Een kind dat goed uit de voeten kan met een loopfiets, fietst vaak al heel jong weg op een gewone fiets.
De beenlengte van je kind bepaalt hoe groot de fiets moet zijn. De meeste peuters hebben een beenlengte van 43 tot 55 cm. Daar hoort een fiets bij met banden van 16 inch. Kinderen moeten met hun voeten bij de grond kunnen komen als ze op het zadel zitten, zodat ze zichzelf kunnen opvangen als ze wankelen.
Een kinderhoofdje is nog heel kwetsbaar. Daarom is het voor de veiligheid verstandig om een fietshelm te kopen voor je kind. Verder is het een goed idee om aan de fiets een vlaggetje vast te maken dat hoog boven het fietsje uitsteekt, zodat je kind in het verkeer beter zichtbaar is.
Sommige peuters willen dolgraag leren fietsen. Het is belangrijk om rustig te beginnen en je kind even te laten wennen aan het wankelen door zelf de fiets vast te houden. Als je kind heel bang is, kun je beter niet te veel doorzetten. Je peuter is er dan waarschijnlijk nog niet aan toe. Zelf kalm en geduldig blijven is ook een handige tip, en als je je kind aanmoedigt en prijst bij elke poging, versterk je het zelfvertrouwen.
Over een poosje zal je kind ook samen met jou gaan deelnemen aan het verkeer. Als je samen een stukje gaat fietsen, vertel dan steeds wat je doet en waarom je het doet, bijvoorbeeld je hand uitsteken. Daardoor leert je kind veel over veiligheid in het verkeer.
Deze informatie is met zorg ontwikkeld door Stichting Opvoeden.nl.